Eén op de vier Nederlanders laat zijn dodelijk zieke vriend of kennis in de steek. Dat blijkt uit een onderzoek dat SIRE heeft laten uitvoeren.
De stichting heeft een nieuwe campagne gelanceerd die gericht is op het sociale contact van dodelijk zieken.
Ondanks dat de meeste Nederlanders weten dat dodelijk zieken behoefte hebben aan contact, zien ze er vaak tegenop om te bellen of om op bezoek te gaan. Meer dan de helft van de Nederlanders voelt zich snel bezwaard om contact op te nemen met een dodelijk zieke vriend of kennis. Ze zijn bang dat hun zieke vriend geen behoefte heeft aan een druk sociaal leven en weten vaak niet wat ze moeten zeggen. Daarnaast komt in het onderzoek naar voren dat dodelijk zieken minder vaak worden uitgenodigd voor feestjes en activiteiten omdat dat de sfeer drukt.
Een derde van de ondervraagden zou een zieke vriend vaker willen zien, maar bezoekt hem of haar toch niet. Vaak hebben zij later spijt, omdat ze niet vaak genoeg op bezoek zijn geweest of hebben gebeld.
Marion Koopman, bestuurslid SIRE: ‘Het is opvallend dat meer dan helft van de Nederlanders zich snel bezwaard voelt om contact op te nemen met een dodelijk zieke. Eigenlijk zou je kunnen zeggen dat een dodelijk zieke dubbel wordt gestraft. Eerst wordt hun wereld op zijn kop gezet omdat ze te horen krijgen dat ze niet meer lang te leven hebben, daarna verliezen ze ook nog eens het contact met hun sociale omgeving. Voor ons was dit een reden om met de nieuwe SIRE-campagne dit onderwerp aan te snijden en inzichtelijk te maken wat voor impact een dodelijke ziekte heeft op sociale contacten en de omgeving van een patiënt.’